Ballonklokje, ballonplant (Platycodon grandiflorus) verzorging
Het geslacht Platycodon behoort tot de klokjesfamilie (Campanulaceae) en bevat slechts één soort: Platycodon grandiflorus. Het staat in de volksmond bekend als ballonklokje en ballonplant. Zijn natuurlijke verspreidingsgebied strekt zich uit van Siberië tot Korea.
Er zijn verschillende variëteiten van het ballonklokje, die verschillen in hoogte (30 tot 60 centimeter) en de kleur van hun bloemen. De roze, paarse, witte of veelkleurige bloemen verschijnen van juni tot september.
Verzorging van het ballonklokje in de tuin of op het balkon
Platycodon grandiflorus in de tuin
Standplaats: Platycodon grandiflorus is geschikt voor zonnige tot halfschaduwrijke plaatsen. Hij gedijt het beste op een plek die minstens 3 uur zon per dag biedt.
Grond: Een humusrijke tot zanderig-lemige bodem is ideaal. De ballonplant verdraagt echter ook minerale grond en kan in een rotstuin groeien.
Water geven: Geef de eerste paar weken na het planten regelmatig water. Daarna hangt de frequentie af van de samenstelling van de grond. De grond mag alleen aan de oppervlakte uitdrogen, maar mag niet uitdrogen.
Bemesten: De beste meststof is gezonde grond. Als niet alle gedroogde bladeren of scheuten worden verwijderd, kunnen regenwormen en micro-organismen ze recyclen en nieuwe voedingsstoffen leveren.
Als je een vijver hebt, kun je het water gebruiken om te besproeien. Compostgrond die in de herfst aan de bedden wordt toegevoegd, is ook geschikt.
Overwinteren: Platycodon grandiflorus verdraagt vorst tot -20 °C en kan zonder bescherming overwinteren. Hij loopt laat uit en laat pas begin tot eind mei nieuwe scheuten zien.
Platycodon grandiflorus op het balkon
De kleine tot halfhoge variëteiten zijn geschikt om in de balkonbak te kweken; ze worden maar tussen de 30 en 50 centimeter hoog.
Standplaats: Zonnig tot halfschaduw. Als je niet zo vaak water wilt geven, kies dan een plek met weinig zon, met ochtendzon of avondzon.
Grond: Je kunt substraten voor kuipplanten, kruiden of groenten gebruiken. Puur of losgemaakt met zand, kleikorrels of puimsteengruis.
Water geven: De grond moet eerst uitdrogen voordat je water geeft. Het ballonklokje houdt niet van water.
Bemesten: In het eerste jaar na het verpotten is het niet nodig om te bemesten, omdat bijna alle substraten voorbemest zijn. Daarna kan van april tot augustus maandelijks vloeibare mest worden toegediend.
Overwintering: Platycodon grandiflorus verdraagt niet zoveel vorst in de balkonbak als als perkplant. Geef in de winter alleen water als de grond niet bevroren is.
Permafrost kan ervoor zorgen dat de grond uitdroogt. Als de temperaturen langer dan 2 weken onder 0 °C zijn, kan het zinvol zijn om de kuip of bak een tijdje binnen te zetten.
Platycodon grandiflorus als kamerplant
Platycodon grandiflorus wordt af en toe aangeboden in “decoratieve” potten, maar is niet geschikt om permanent als kamerplant te worden gekweekt.
Ballonplanten in potten werken echter goed als verlengde snijbloemen. Om ervoor te zorgen dat ze lang bloeien, mogen ze niet op een te donkere plaats staan.
De grond moet tussen de gietbeurten door uitdrogen.
Bemesten is niet nodig. Zodra de knoppen verschijnen, is de ballonbloem volgroeid voor dit seizoen; ze zal geen scheuten meer maken.
Na de bloei kun je hem het beste in de tuin of op het balkon zetten.
